Ons uitje naar Nieuw-Zeeland is nu net over halfweg. Hoog tijd om even wat neer te schrijven over het waarom van deze lange reis.
Waarom weggaan van huis? Dat is heel eenvoudig: de kans was daar. Het was een beetje ‘nu of nooit’: Bert was al een tijdje thuis, mijn contract bij Colruyt zou aflopen in oktober, onze Lander nog net niet leerplichtig, ons Fien haar visum konden we net in orde krijgen, … . Kortom: het momentum was daar. Al blijft het zelfs dan een niet-evidente keuze: er zijn altijd twijfels en er zijn altijd een heleboel redenen te vinden om niet te gaan.
Daar ging dan het 2de aspect spelen. Ik probeer van 2 leuzes, namelijk ‘je werkt om te leven en niet omgekeerd’ en ‘je moet nu leven (en niet als je met pensioen bent)’ een beetje mijn levensfilosofie te maken. Dat vind ik gemakkelijk gezegd, maar toch helemaal niet zo evident om effectief dagelijks naar te leven.
Voor mij was het dus duidelijk: als we nu geen gebruik zouden maken van het bovenstaande momentum, moest ik mezelf niet blijven wijs maken dat ik volgens die filosofie probeer te leven. Binnen die filosofie was naar Nieuw-Zeeland een logische keuze en zelfs een absolute ‘must-do’. Bert is het daar mee eens en we zouden dus gaan. Spannend!
4,5 maanden weg van huis. Dat heb ik nog nooit van mijn leven gedaan. Een primeur dus op mijn 38ste :-).
Waarom 4,5 maanden? Dat is helemaal niet zo’n doordachte keuze: we zijn het weekend nadat mijn contract bij Colruyt was afgelopen vertrokken. En hoe lang boek je dan? Wel, een cursus die Bert graag volgt, zou eind maart starten. Een beetje prijzen voor vluchten naar Nieuw-Zeeland vergelijken deed ons half maart uitkomen. En zo geschiedde het en zouden we uiteindelijk voor 4,5 maanden van huis vertrekken.
Initieel leek mij dat te kort, dan weer lang. Na het lezen van de 2 reisgidsen leek het dan weer veel te kort en nu pas – nu we halfweg zijn – begin ik echt te beseffen hoe lang 4,5 maanden precies is. We hebben het gevoel al een hele tijd van huis weg te zijn en er volgt nog eens zo lang. Dat is dus wel erg lang. Op het einde zullen we laten weten of het ook te lang is :-).
Op dit ogenblik voelt het alleszins niet als te lang aan, maar je voelt wel al een verschil in onze mindset ten opzichte van het begin van onze tocht. In het begin gingen we vrij snel vooruit. We bleven bijna nergens langer dan 1 nacht: er is zo veel te zien en je wil alles gezien hebben.
Nu begint dat wat te veranderen: er begint meer ‘rust’ te komen. We blijven zo bijvoorbeeld vaker enkele nachten op 1 plaats. Dat laatste heeft ook met de kindjes te maken: zij zijn echt wel vragende partij om meer dan 1 nacht op een plaats te blijven.
Een ander aspect is natuurlijk ook het weer. Dat begint nu echt wel zomers te worden. Ook dat nodigt meer uit om een dagje op de camping door te brengen, dan om te gaan wandelen.
Resultaat: meer rust, meer rustig doen, meer tijd om na te denken. In onze vakantie was – correctie: is – ook een soort dagelijkse routine ontstaan. Door af en toe eens op dezelfde plaats te blijven en niet te veel te doen, doorbreken we die routine ook even. En dat vind ik best goed.
Het woord ’vakantie’ brengt mij ook naadloos bij het volgende waar ik mee zit. Iedereen spreekt van ‘vakantie’. Ook hier krijg je regelmatig de vraag ‘how long is your holiday?’
Uiteraard gaan we momenteel niet werken en in dat opzicht is het natuurlijk wel vakantie. Maar tegelijk lijkt ‘vakantie’ voor mij niet het juiste woord. Bij een vakantie stap je een weekje – of eventueel 2 of 3 – uit het werk.
Nu is het anders: dit zigeunersbestaan in Nieuw-Zeeland, is voor een tijdje onze manier van leven. Een intense manier van samen leven als gezin. Een samen leven dat ook niet alleen uit dagen van rozengeur en maneschijn bestaat, maar ook uit rotte(re) dagen die je vaak niet hebt tijdens een korte vakantie.
Van tevoren had ik wel wat bedenkingen – zelfs een beetje schrik – bij het idee voor 4,5 maand continu in een kleine mobilhome te zitten met de rest van het gezin. Alles samen doen en geen ontsnapping mogelijk: geen uitlaatklep zoals de volleybal, enz.
Zoals hierboven al aangegeven: het is niet altijd rozengeur en maneschijn, maar mijn angst was – gelukkig – volledig ongegrond. Het is zelfs een heel leerrijke en verrijkende ervaring en erg intens. Ik ben benieuwd wat we er op het einde van vinden. Het is alleszins een heel avontuur.
Vandaag een absolute topper voor de kinderen: de Rata Falls Track. Wat er zo geweldig aan is?
Gedurende de wandeling moet je een riviertje voortdurend oversteken waarbij het onmogelijk is om geen natte voeten te krijgen en op het einde is het riviertje gewoon het wandelpad.
Dolle pret dus en geweldig voor onze Lander en ons Fien.
Wij leken wel de enigen die hier op voorbereid waren – dank u Bert – alle andere wandelaars hadden iets als sneakers of gewone wandelschoenen aan. We hebben er niet een gezien die erin geslaagd is deze droog te houden, met uitzondering van de mensen die hun schoenen gewoon uit deden en blootsvoets verder gingen.
Als klap op de vuurpijl, eindigt de wandeling bij een mooi watervalletje. Daar in de buurt hebben we ook picknick gehouden, wat gespeeld in het riviertje en dan terug naar de mobilhome.
Daarna is Bert er nog in geslaagd om een camping te vinden die zo wat het Walhalla is voor kinderen: kinderboerderij met paarden, ezels, kippen, pauwen, konijnen, cavia’s, geiten, schapen, varkens en zelfs 4 kangoeroe’s. Daarnaast een gigantisch groot speelterrein met daarop een duikboot, quad, race auto. Niet te vergeten nog een BMX-parcours en een mini golfterreintje. En alsof dat nog niet genoeg is, is er ook nog een zwembad en tennisterrein. Er hangt trouwens ook iets dat met wat fantasie moet doorgaan voor een volleybalnet.
De camping zelf is ook heel netjes en sfeervol ingericht. Een toppertje. Het plan was om hier maar een nachtje te blijven, maar ik vrees nu al dat dat niet zal lukken 🙂
PFFFFFFF. Veel te heet om te gaan wandelen vandaag. Om 8u30 was het al bakken en braden. Aangezien de wandeling bijna voortdurend over onbeschut terrein zou gaan, hebben we dus maar besloten de wandeling uit te stellen tot morgen. Dan kan ik ook nog wat oefenen op niks doen (UNO spelen, wat administratie, waterspelletjes spelen, …). 🙂
We zijn ook even naar het plaatselijke winkeltje geweest. Schit te rend. Dat vind je bij ons niet meer. Een prachtig verzorgd winkeltje, niet alleen van buiten maar zeker ook van binnen (zie foto van de buitenkant).
Kraaknet. En elk doosje en blikje met een wiskundige precisie geordend. Alles lag precies op zijn plaats gelegd alsof het zo moest liggen en geen millimeter verder. Duidelijk zichtbaar, etiket naar voren, alles precies op 1 rij en met wat spatie tussen zodat je elk blikje apart in zijn volle glorie kan bewonderen. Alles ook netjes met de hand geprijsd, mooi en duidelijk leesbaar geschreven.
Een winkeltje uit de duizend en uiteraard niet goedkoop. We hebben maar een bus melk gekocht, al was het maar om een winkeltje als dit te steunen.
Vandaag onze plannen omgegooid: onze Lander was zo goed aan’t spelen met de andere kindjes dat we maar niet vertrokken geraakten. Uiteindelijk besloten we nog een nachtje te blijven.
Dat was voor mij een hele oefening in niets doen. Dat gaat mij eigenlijk niet zo heel goed af, maar vandaag heb ik er dus weer wat aan geoefend: een beetje UNO gespeeld, een beetje ‘moetjes’ gemaakt met onze Lander (danku juffrouw Ria) en wat tennis gespeeld met alle 4 op het tennisterrein hier.
Morgen hopelijk alsnog de wandeling in Pigeon bay.
Vandaag is nat begonnen: onze Lander zijn bed, pijama, enz was kletsnat. Gevolg: we moesten absoluut wassen hoewel het weer hiervoor niet echt ideaal was. Daardoor bleven we sowieso ook nog een dagje langer op deze camping.
Op zich was dat wel leuk: we hebben gisteren een stel Nieuw-Zeelanders leren kennen: een koppel met 2 kindjes, telkens een jaar ouder dan de onze. Dat belette de jongens niet om super samen te spelen. Ook deze ochtend hebben we samen wat dingen gedaan: cricket spelen en krabben jagen op het strand. De voormiddag was zo heel snel gepasseerd.
Deze namiddag zijn we dan naar Akaroa geweest, een aangenaam stadje hier op Banks Peninsula. Daar hebben we vooral een beetje rondgekuierd (kerkje bezocht, mutsjes gekocht, …) en een bezoekje gebracht aan de iSite op zoek naar een geschikte wandeling. Da’s er eentje voor morgen.
Het was alweer een tijdje geleden, maar vandaag was weer een dag vol waw-momenten. De superlatieven mogen weer boven komen voor Banks Peninsula. Dat is een schiereiland onder Christchurch dat enkele miljoenen jaren geleden gevormd is door vulkaanuitbarstingen. Eigenlijk is het eiland zelf de vulkaan en hebben we vandaag op de rand van de krater ervan gereden. Wat een vulkaan was me dat en wat een prachtig schiereiland heeft hij nagelaten. De teller op mijn fototoestel schoot zo omhoog tot 300 foto’s.
Onderweg moesten we ook wat ‘schapen jagen’: onderweg van de ene baai naar de andere stond er een stel schapen op de weg. Die liepen verder en verder van hun thuiswei weg aangezien ze schrik hadden van de mobilhome. Ik dus maar uitgestapt en geprobeerd om aan de andere kant van de schapen te geraken. Nooit geweten dat schapen zo hard kunnen lopen. Gelukkig houden ze het niet zo lang vol en heb ik ze als een volleerde herdershond terug de juiste richting uit doen lopen.
We hebben hier ook een mooie avontuurlijke wandeling van 3u gemaakt in Hinewai reserve.
De wandeling leek schijnbaar een makkie, maar werd snel van een klasse die we nog niet hadden meegemaakt, vooral omdat de paadjes verraderlijk glad, smal en steil waren. We zijn allemaal wel eens tegen de grond gegaan en sommigen wel een keertje meer :-).
Uiteindelijk zijn we veilig en wel terug bij de mobilhome geraakt na een spannende wandeling door bijna ondoordringbaar ‘native forest’. Tarzan had zich hier ook in zijn sas gevoeld met al die lianen. Was echt wel eens de moeite.
Tot slot nog een hele mooie camping gevonden in een dorp met de prachtige naam ‘Duvauchelle’. Klinkt prachtig Frans, en is het ook. Dit is een stukje Nieuw-Zeeland waar de Fransen een paar dorpjes zijn gestart. Daar hoort een glaasje wijn bij. Schol!
P.S. We hebben hier trouwens ook een goeie business case gevonden om een zaak te starten: verhuur van Vespa’s. Het is hier zo mooi en zo geschikt om met Vespa’s door te crossen. Het lijkt iets dat wel moet aanslaan.
P.P.S. Niet dat we van plan zijn om te blijven, maar toch 🙂
Vanmorgen buiten in het zonnetje ontbeten. Dat maant niet meteen aan tot spoed. Dus ook al waren de kindjes nog eens vroeg wakker, uiteindelijk zijn we toch pas om 10u30 de camping af gereden.
Eerst terug naar Christchurch via de SH1. De staat van de weg werd beter en beter naarmate we verder en verder van Kaikoura waren. Het landschap was prachtig om door te rijden en deed bij momenten een beetje aan Toscane denken.
’s Middags nog een stop gemaakt bij een plaatselijk marktje (5 kraampjes of zo) en daar kaas gekocht. Vervolgens nog een klein beetje verder gereden naar een mooie picknickplaats.
Na een fijne stop en een zonnige powernap, verder gereden naar en meteen ook dwars door Christchurch naar Banks Peninsula om tot slot op tijd te stoppen op een domein met onze eigen speeltuin en gi-gan-tisch veel plaats.
Helaas begon het rond 17u ook te regenen en hebben we ons vanaf dan in mobilhome moeten bezig houden. Morgen gaan we het hier verder verkennen.
Vandaag op tijd opstaan: om 9u moeten we bij de Whale watching guys zijn om te kijken of onze Lander en ik mee zouden kunnen om walvissen in het echt te spotten.
’t Was spannend. Om 9u10 begonnen ze aan de wachtlijst. Geen idee trouwens hoe je kon boeken zonder op die wachtlijst te komen; maar blijkbaar was het toch mogelijk. Er waren 34 mensen op de wachtlijst en 12 plaatsen. Ik kan mij niet herinneren dat ik ooit zo vurig aan’t hopen was om 210 NZD uit te mogen geven. En we hadden geluk: we werden voor plaats 9 en 10 afgeroepen.
Korte briefing, busje op, wachten op bootje en daar gingen we. Er stond op het briefje dat je rekening moest houden met de koude, dat je je camera best bij zou hebben en dat je rekening moest houden met zeeziekte. Wij hebben ondertussen de indruk dat die Nieuw-Zeelanders nogal voorzichtig zijn in hun waarschuwingen, maar desalniettemin hadden zowel onze Lander als ik toch maar wat Motillium genomen. Baat het niet, dan schaadt het niet.
Hahaaaa, we hadden geluk: de vrouw 2 zetels naast ons had vrij snel prijs. Hier en daar leek nog iemand te volgen.
We mochten even naar buiten om naar enkele mooie speelse dolfijnen te gaan kijken. Maar al snel werden we terug binnen gejaagd: het doel was walvissen vinden – meer bepaald een Sperm Whale – en niet naar dolfijnen kijken. We voeren verder.
En daar was het dan. Plots was het mijn beurt, zo maar uit het niets. Ik had nog net de tijd om een zakje te nemen. Het eerste salvo. Er werd mij een papieren zakdoekje en een nieuw zakje aangeboden door een attent personeelslid. Feitelijk waren er op elke boottocht 2 mensen voorzien die niets anders deden dan volle zakjes afvoeren en nieuwe aanbieden. Ze hadden werk genoeg. Het zal je job maar zijn.
Zakje 2 moest er nog aan geloven voor we een walvis gezien hadden. Er werd herhaaldelijk gestopt om rond te kijken, te luisteren en te kijken. Er cirkelde ook nog een helikopter rond en 2 vliegtuigen met kijklustigen. Ze staan allemaal met elkaar in verbinding en helpen elkaar om de walvis te vinden. Zo’n walvis is blijkbaar maar 5 of 10 minuten aan de oppervlakte en dan gaat hij weer voor een tijdje onder water.
Aaaah eindelijk. Daar was er een. Iedereen naar buiten om het dier te zien. Eigenlijk was er niet zo veel te zien: een vin, wat rug en af en toe water dat met kracht naar buiten werd geperst.
Wel mooi op zich, maar was het dat nu?
Als we geluk hadden, zouden we ook nog de beroemde staartmove zien: je weet wel, die staart die even boven komt piepen om dan de dieperik in te verdwijnen. 550 PK in 1 staartslag. Indrukwekkend.
Onze Lander had het ondertussen wel gehad met het beest: het bleef daar uiteindelijk maar wat ronddobberen. En ikzelf moest plots dringend naar binnen lopen voor nog een zakje. Net op tijd terug. En dan hoorde ik in de microfoon: neem allemaal jullie camera’s want het moment gaat komen: 3, 2, 1…
Ik keek nog net naar buiten door een raam vanuit mijn zakje. En inderdaad de staart zwiepte op en weg was hij. Mooi.
Dat was het dan, nu konden we terug naar de kust zoeven met onze 28 knopen voor de volgende groep.
Onderweg had ik nog een zakje van doen. Mijn maag was ondertussen al lang leeg, maar op een of andere manier wist ze er toch nog iets uit te persen. Ik bedankte het attente personeel nogmaals en nam lachend het 5de zakje aan: ik hoop het niet meer nodig te hebben, zei ik.
Terug aan wal waren Bert en ons Fien ons aan’t opwachten met lekkere boterhammetjes. Die heb ik even laten passeren.
De rest van de namiddag hebben we eerst nog wat inkopen gedaan en 5000 diesel kilometers bijgekocht. Dan kunnen we nog even rondtoeren hier. Het leuke was dat er ook een mijnheer geïnteresseerd was in onze mobilhome (we rijden ondertussen met zo’n Te Koop briefje rond). Tegen dat we vertrekken, moesten we maar iets laten weten. Jippie!! Een eerste oprechte geïnteresseerde. Jullie gaan snel moeten beslissen als jullie hem willen kopen voor jullie eigen NZ tripje :-).
Daarna 20 km op de SH1 gedaan – hij is ondertussen overdag terug open. Waw zeg, die weg is er best erg aan toe: overal nieuwe stukken weg, stukken die nog niet gerepareerd zijn, massa’s brokstukken en rotsblokken aan de kant van de weg waar mogelijk. Lange muren containers opgestapeld langs de weg om nieuwe projectielen van de weg te houden. Indrukwekkend.
— WAARSCHUWING: jaloerse zielen lezen beter niet verder —
Na 20 km hebben we een fantastisch plaatske op een kleine camping gevonden. We zitten praktisch in de zee. En toen we aan ons vier uurtje begonnen – aardbeien en lekkere ananas – kwam een zeehond ons verblijden met zijn aanwezigheid en lekker lui op een rotsblok hier liggen. Dat hebben wij dus ook gedaan.
Nu buiten nog wat bloggen, boekje lezen en foto’s verwerken met de ruisende zee op de voorgrond. Magisch.